In het teken van "Wij, Varkenland" wordt in Oostende samengewerkt met kunstenaar
Rik Delrue die het project "Pink Crew" uitwerkt.
"Het is de bedoeling om de bewoners uit Oostende nauw te betrekken bij het project. Gedurende het komende jaar zullen er gesprekken gevoerd worden met bewoners uit alle lagen van de bevolking met de bedoeling op zoek te gaan naar de (culturele) identiteit van de Oostendenaar.
In hoeverre heeft Oostende je identiteit bepaald en omgekeerd?"
Naar aanleiding van dit project zal Delrue in de loop van het jaar ook geregeld aanwezig zijn in Oostende met zij caravan en bijhorende Pink Crew .
"Deze Pink Crew is samengesteld uit Oostendenaars die op geregelde tijdstippen het project ondersteunen.
Het is de bedoeling dat deze Pink Crew naarmate het project verder evolueert ook groter wordt. Tijdens het slotmoment moet de Pink Crew op zijn grootst zijn.
"Vroeger ging de Oostendenaar naar de koers.
Voor velen was dat hun zondag.
Alle lagen van de bevolking waren er aanwezig.
Op die manier was de paardenkoers een soort lijm voor Oostende.
Iedereen kwam er."
"Zelf ben ik zot van paarden, zulke mooiste beesten.
Dat heb ik van mijn vader.
Hij werkte voor een brouwerij, met paard en kar.
Een Brabants trekpaard was dat.
Hij had er een hechte band mee. Mocht ik het geld hebben om een paard te kopen, direct."
"De laatste jaren is het vandalisme sterk toegenomen.
Er leeft een zeker angstsyndroom.
In de winter zorg ik er altijd voor dat ik
om 18 uur binnen ben."
"Elke week ga ik naar een quiz in een van de buurthuizen.
Mijn dochter weet: dit laat ik niet vallen,
zelfs niet om op de kleinkinderen te passen.
Zo'n quiz duurt tweeënhalf uur, maar de tijd vliegt voorbij,
al zitten er soms moeilijke vragen tussen.
Er zijn er die echt meedoen om te winnen,
maar ik ga eerder voor het plezier.
Ik vind dat schoon, zo'n initiatief.
Want het komt van de mensen zelf, niet van hogerhand."
"Ik ben geboren in Antwerpen, maar kwam voor het eerst naar Oostende om mijn legerdienst te doen. Dit is de plaats waar ik als jonge gast mijn verloofde bedrogen heb met het liefje van een vriend.
Een grote stommiteit, want zo ben ik haar voorgoed kwijtgespeeld.
Ik ben nu bijna tachtig, maar ik denk nog altijd aan haar, mijn grote en enige liefde.
Zonder haar heb ik een liefdeloos leven geleid"
"Voor mijn gezondheid heb ik een tijd op Rhodos gewoond.
Geen mens die zoveel zingt en danst als een Griek.
Ik mis het soms wel, maar ben toch gelukkig hier.
Trouwens, door de hele eurocrisis is de 'leutigheid' eraf bij de Grieken.
En Oostendenaars zijn ook wel pleziermakers, 'leutige' mensen.
Nee, ik zou nergens anders willen wonen.
Duizenden mensen geven massa's geld om naar de kust te komen.
Wij hebben het allemaal gratis en voor niks."
"Toen ik 25 jaar was, kwam ik voor het eerst van de Congo naar Oostende.
Nooit eerder had ik de zee gezien.
De eerste dag trok ik al een zwempak aan en ging naar het strand.
Het was een loterij, naar Oostende komen, maar ik ben blij dat ik hier 'aangespoeld' ben.
De zee, de promenade, de cultuur: je hebt hier alles. Alleen jammer dat de jonge mensen geen Frans meer kunnen."
"Jarenlang heb ik gocarts verhuurd op de dijk.
Tranen met tuiten heb ik gehuild nadat ik ermee gestopt was."
"In de 'Opex' wonen vooral mensen uit de visserij.
Je moet dat dialect eens horen.
Als mijn schoonmoeder kwaad is, versta je haar bijna niet. Zo plat."
"De stad doet veel voor haar volk. De sociale wijken worden opgefleurd. En ze doen moeite om de mensen naar buiten te lokken. Er is ook een groot aanbod aan cultuur: met Beaufort, Theater aan Zee… Ik ben zelf veranderd door daar meer aan deel te nemen."
"De Oostendenaar is open en vlot ter taal. De stad zelf is proper, al doen de aangespoelden sneller aan sluikstorten. Het enige wat echt jammer is, is het onveiligheidsgevoel. Ik ga 's avonds niet meer de straat op. Mijn man trouwens ook niet."
"Ik kom uit Tsjetsjenië en woon hier al twee jaar met mijn familie. We zijn naar hier gekomen om hard te werken en geld te verdienen. Op school heb ik al vrienden gemaakt, ik vind het hier wel leuk. Nederlands spreken is niet zo moeilijk, ik heb het snel geleerd."
Pedro: heeft Angolese roots, woont in Nieuwpoort (33) "De mensen in Oostende zijn veel meer open dan in Nieuwpoort. Ik kom hier af en toe, en het valt me altijd op dat de Oostendenaar meer openstaat voor andere culturen."
"Je hebt twee soorten Oostendenaren: de joviale en de pretentieuze. Dat merk ik als wc-madam op de luchthaven. Met de jonge en oude generatie heb ik nooit problemen. Maar mensen tussen 35 en 45 jaar durven al eens uit de hoogte doen. Sommigen kunnen veel amok maken voor die 30 cent."
"Een rasechte Oostendenaar is goedlachs. Pluk de dag en we gaan erdoor, die mentaliteit."
“Wat me als aangespoelde al altijd opviel was de open geest die zo typerend is voor de Oostendenaar”
"Oostende is een laagdrempelige stad. Je kunt er makkelijk contact leggen, er lopen geen 'dikkenekken' rond. Het is altijd weer thuiskomen hier. Ik zou niet uit de stad willen vertrekken, zou zelfs niet naar een andere wijk willen verhuizen."